Albert en Gisela wonen samen in het Luxemburgse Ösling, waar ze een hangar bouwden om hun verzameling Volvo’s onder te brengen. "Eigenlijk moet het een klein Volvo-museum worden", glundert Albert terwijl Gisela bevestigend knikt.
De geliefden zijn intussen vijftig jaar getrouwd, ze ontmoetten elkaar in de vroege jaren zeventig. "Ik kan het me herinneren alsof het gisteren was", aldus Gisela. "We werkten allebei in Düsseldorf voor Lufthansa. Tijdens een staking gingen we bowlen met z’n allen. Daar ontmoette ik Albert. Ik vertelde hem over de Beetle in mijn garage, die het liet afweten. Hij bood aan ernaar te kijken, en zo ging het balletje aan het rollen."
"Niet veel later kreeg ik een ernstig auto-ongeval", vertelt Albert. "Dankzij de speciale driepuntsgordel overleefde ik het. Daarna zwoer ik alleen nog maar met Volvo’s te rijden. Gisela kwam naar Luxemburg om voor mij te zorgen. Daar zijn we verloofd." Noch Gisela noch de Volvo hebben Albert de daaropvolgende vijf decennia in de steek gelaten. "We zijn nu twee kinderen, vier kleinkinderen en een groot aantal Volvo’s verder." En nog steeds kijken ze naar elkaar alsof er niemand anders bestaat.
Eeuwige liefde
Het geheim van een goed huwelijk is duidelijk voor Gisela. "We doen alles samen. We gaan samen wandelen, we werken samen buiten en we gaan samen op pad met onze Volvo’s. Hij helpt me zelfs als ik naai." Als Albert op weekend gaat met andere Volvo-fanaten, dan is Gisela er altijd bij. "Natuurlijk geven we elkaar ook vrijheid, maar een gezin is er om samen te zijn. Anders hoeft je helemaal niet te trouwen."
Samen brachten ze twee kinderen en enkele honden groot. "Het was niet altijd rozengeur en maneschijn", geeft Albert toe. "Vijftig jaar huwelijk is niet altijd gemakkelijk, je gaat samen door ups en downs. Zo hebben we beiden een ernstige ziekte overleefd. Maar we zijn altijd naast elkaar blijven staan, daar gaat het om. We konden het niet altijd met elkaar vinden, maar toch minstens 95% van de tijd, dus dat hebben we best goed gedaan!"
"Ik zeg altijd tegen mezelf dat, als ik in mijn Volvo zit, ik thuis ben." - Albert
Liefde voor Volvo
In 1973 zwoer Albert trouw aan zijn twee grote liefdes: Gisela en de Volvo. Het ene was onlosmakelijk verbonden met het ander, dus ook het kopen van de auto’s ging nooit zonder overleg. "Gisela maakt de grote beslissingen in ons leven, ik speur naar Volvo’s. Zie ik online of in een tijdschrift een auto die me aanspreekt, dan rijd ik erheen." Natuurlijk gaat Gisela dan mee. "Ik heb altijd gezegd dat wat het ook was, we het samen zouden doen of helemaal niet", aldus Gisela.
"De keuze voor Volvo was gemakkelijk, omdat het de veiligste keuze is", vertelt Gisela. "Maar ook het design is voor mij heel belangrijk. Ik hou er niet van als het allemaal donker is. Ik geef de voorkeur aan kleuren. We hebben een witte XC40 met een oranje interieur. Onze V70R was rood met een heel licht interieur. Het was een fantastische auto. Mijn favoriete auto's zijn altijd de stationwagens
geweest, dat vind ik het mooiste model dat er is. Je hebt er genoeg ruimte en zit er veilig."
Volvo-museum
De twee versleten en verzorgden samen talloze Volvo’s. Toen ze vanuit Luxemburg-stad verhuisden naar het dorpje Ösling, hadden ze niet meer genoeg plek om hun verzameling te stallen. Dus bouwden ze een schuur die onderdak kon bieden aan al hun geliefde auto’s. "De afgelopen 55 jaar heb ik zowat elk model gehad", vertelt Albert, "maar mijn favoriete auto was de Volvo V70R. Ik had hem nooit moeten verkopen. Daarna kwamen alle nieuwe modellen, de XC40, de XC90 enzovoort."
In het begin wilde Albert niet met een stationwagen rijden. Hij vond dat het eruit zag alsof je brood naar de bakker brengt. "Hier in Luxemburg hadden we het dan over bakkerwagens", lacht hij. "Maar toen we een hond hadden die te groot was voor mijn D240 Turbo, ben ik toch overgeschakeld naar een stationwagen. Nu verkiest Albert deze hogere auto’s zelfs boven de sportieve lage. "Je hebt er uiteindelijk een veel beter zicht." De enige auto van de collectie waar ze nog steeds in rijden, is de blauwe amazone. "Die is altijd in ons dorp gebleven, wij zijn de derde eigenaar."
Van vader op zoon
De liefde voor Volvo kwam voor Albert niet uit het niets. "Mijn vader was ook een autoliefhebber, dus die passie heeft hij automatisch aan mij doorgegeven. Ik heb mijn vader altijd geholpen met het klussen aan zijn auto’s. Ook onze kleinkinderen gaan graag mee naar de schuur." Volgens Albert zit het in de genen. "Het enthousiasme begint al op jonge leeftijd, dat zie ik ook bij mijn kleinkinderen. Natuurlijk kan het zijn dat ze in de toekomst toch voor een ander merk kiezen, maar ze zien waar onze liefde voor de Volvo vandaan komt."
Momenteel werkt Albert aan de Volvo van zijn vader, die stierf in de periode dat de twee mannen aan de auto sleutelden. "Lange tijd wilde ik de auto niet aanraken, omdat er te veel herinneringen aan vast zaten", vertelt Albert. "Nu is het tijd om ook deze auto de liefde en aandacht te geven die hij verdient." Het was een hele onderneming om de wagen naar de hangar te brengen. "Tijdens het transport heeft het de hele dag gesneeuwd. Maar nu staat hij op z’n plek en kan ik er eindelijk aan beginnen."
Thuis in de Volvo
"We hebben een vol leven gehad, en we hebben het er samen goed vanaf gebracht", blikt Albert terug. "We hebben nu vier kleinkinderen, die ons gezin heel levendig maken. Maar ook de Volvo is deel van onze familie. Het is ons huis. Je kunt in eender welke Volvo gaan zitten; je weet waar alles is en je kunt ermee rijden. Oud of nieuw, het hoort allemaal bij elkaar. In mijn Volvo voel ik me thuis."