De factoren die de bestuurder vooral kan beïnvloeden om de actieradius te verlengen zijn snelheid, rijstijl en klimaatinstellingen. Elke factor heeft een meter die aangeeft hoe het energiegebruik eruitziet. Als de meter van blauw naar oranje gaat, moet de bestuurder zijn energiegebruik bekijken om zuiniger te rijden.
Snelheid: De gemiddelde snelheid van de auto gedurende de laatste minuut.
Rijstijl: Het acceleratie- en remgedrag tijdens de laatste minuten.
Klimaatregeling: Het geschatte gemiddelde verbruik op basis van de huidige klimaatinstellingen.
Naast de geschatte actieradius staan twee cijfers die de verwachte kleine en grote actieradius aangeven op basis van een hoog resp. laag verbruik. Deze waarden worden gedefinieerd als:
Grote actieradius: Uitgaande van rijden in de stad met het klimaatsysteem uitgeschakeld.
Korte actieradius: Uitgaande van rijden op de snelweg op hoge snelheid met het klimaatsysteem ingeschakeld.
Het verbruik wordt weergegeven in kWh/100 km als de auto in beweging is en als kW (kWh/h) bij stilstand. De waarde is tijdelijk en geeft daarom hoge waarden aan tijdens acceleraties en bij rijden op oplopende hellingen.
Actieradius optimaliseren
De functie actieradiusoptimalisatie past de klimaatinstellingen aan om energie te besparen en op die manier de actieradius van de auto te verlengen.
.N.b.
N.b.
Bij koude omgevingstemperaturen neemt het vermogen van de verwarming af. Als het klimaat als te koud wordt ervaren, deactiveert u de actieradiusoptimalisatie.
Bij warme omgevingstemperaturen wordt het afkoelen beperkt. Als het klimaat als te warm wordt ervaren, deactiveert u de actieradiusoptimalisatie.
De ruiten kunnen beslaan aangezien de AC-functie die de luchtvochtigheid aanpast wordt beperkt.
Aangezien de AC-functie beperkt is, neemt de recirculatie van lucht toe en dat kan ertoe leiden dat de luchtkwaliteit als minder prettig wordt ervaren, vooral op de achterbank.