Waar u op moet letten bij het met de hand wassen van de auto
- Spoel de bodem van de auto af, met inbegrip van de wielkasten en bumpers.
- Spoel de hele auto af totdat al het losse vuil is verwijderd om het risico van waskrassen te beperken. Spuit niet rechtstreeks in de richting van de sloten.
- Gebruik indien nodig een koudontvetter op oppervlakken met hardnekkig vuil. Let erop dat de oppervlakken dan niet door de zon opgewarmd mogen zijn.
- Was de auto met een spons, autoshampoo en een ruime hoeveelheid lauw water. Zorg er goed voor dat er geen vuil op de spons zit. Als er vuil op de spons zit, kunnen er bij het wassen krassen op de auto komen.
- Reinig de wisserbladen met een lauwe zeepoplossing of autoshampoo.
- Droog de auto af met een schoon en zacht stuk zeemleer of een trekker. Door waterdruppels niet in felle zon te laten opdrogen, verkleint u het risico van watervlekken die moeten worden weggepoetst.
Belangrijk
Vuile koplampen werken slechter. Maak ze regelmatig schoon, bijvoorbeeld als u gaat opladen.
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen, maar water en een niet krassende spons. Zie het aparte hoofdstuk voor meer informatie.
N.b.
Bij de externe verlichting zoals de koplampen en achterlichten kan tijdelijk condens optreden aan de binnenkant van het lampglas. Dit is een natuurlijk verschijnsel en alle externe verlichting is erop gebouwd om dit zoveel mogelijk te voorkomen. Condens verdwijnt normaal uit het lamphuis, wanneer de lamp enige tijd brandt.
Belangrijk
- Controleer vóór het wassen van de auto of het panoramadak* en de zonneklep gesloten zijn.
- Gebruik voor het panoramadak nooit een schurend poetsmiddel.
- Gebruik nooit was voor de rubberen lijsten rond het panoramadak.
Belangrijk
Vergeet niet om na het wassen van de auto vuil te verwijderen uit de afvoergaatjes in de portieren, de dorpels en het panoramadak.