Koude omstandigheden

Rijden in koude weersomstandigheden kan lastig zijn. Het vraagt om een andere voorbereiding en een andere manier van rijden dan wanneer het warm is.

In koude omstandigheden moet je met veel zaken rekening houden. Van energieverbruik en de conditie van de accu tot en met een aangenaam klimaat en bepaalde veiligheidsaspecten. Zorg dat je goed weet wat rijden in de kou met zich meebrengt en welke wetten en regels mogelijk van toepassing zijn.

Zicht

Als het koud is, kunnen ijs en condens het zicht beperken. Je auto heeft ontdooifuncties, achterruitverwarming en spiegelverwarming om dat te voorkomen.

Actieradius

De accu van je auto kan minder goed werken bij lage temperaturen en het laadvermogen van de accu en de actieradius kunnen dalen ten opzichte van normale omstandigheden. Dit kun je voorkomen door de auto altijd op te laden als de auto geparkeerd staat; dat is vooral goed bij lage temperaturen.

Onderhoud

 N.b.

Naarmate de temperatuur daalt, daalt de bandenspanning. Vergeet niet om de bandenspanning regelmatig te controleren en zo nodig aan te passen.

 Belangrijk

Vóór de radars schoonmaken

Als je vuil, sneeuw of ijs ziet, of als de auto aangeeft dat een van de radars wordt geblokkeerd, doe hier dan zo snel mogelijk wat aan. Maak altijd een groter gebied rond de radars schoont zodat ze goed blijven werken.

Parkeren bij koud weer

Wanneer de accu koud is, verlaagt de auto tijdelijk de accuprestaties totdat de accu is opgewarmd. Rijden met verminderde prestaties is niet schadelijk voor de batterij.

Voorkom tijdelijk verminderde prestaties als gevolg van een koude accu door de auto op te laden en de preconditioning van de auto in te schakelen voordat je gaat rijden. De auto kan dan de batterij verwarmen zonder dat dit invloed heeft op de prestaties en de beschikbare actieradius.

Laat de auto bij temperaturen lager dan -30 °C (-22 °F) niet langer dan 24 uur geparkeerd staan zonder op te laden.