Activeer de onderhoudspositie van de ruitenwissers via de instellingen in het middendisplay. Zo kun je beter bij de voorste ruitenwisserbladen.
Spoel het oppervlak af met water om los stof en vuil te verwijderen.
Gebruik een zachte spons met een lauwwarme zeepoplossing of autoshampoo om het oppervlak schoon te maken. Til de wisserarmen van de voorruit zodat je er beter bij kunt.
Droog de ruitenwissers af met een schone, zachte doek.
Klap de wisserarmen terug tegen de voorruit en schakel vervolgens onderhoudspositie van de ruitenwissers uit.
Belangrijk
Test de ruitenwissers voor je gaat rijden. Gebruik veel ruitensproeiervloeistof wanneer de ruitenwissers in beweging zijn. De voorruit moet nat zijn om de ruitenwissers goed te laten werken.