Verantwoordelijkheid van de bestuurder

Als bestuurder is het jouw verantwoordelijkheid er alles aan te doen om je eigen veiligheid en die van je passagiers en medeweggebruikers te garanderen.

Jouw kennis, beslissingen en handelingen bepalen hoe veilig je rijdt. Je auto heeft functies die in bepaalde situaties fouten en verkeerde beslissingen kunnen corrigeren. De verantwoordelijkheid ligt uiteindelijk bij de bestuurder. Deze functies zijn een aanvulling op goed rijgedrag en dat is jouw verantwoordelijkheid als bestuurder.

Je hebt waarschijnlijk de theorie en praktijk gehad die je de nodige kennis en capaciteiten hebben gegeven om veilig te rijden. In dit deel bespreken we een aantal belangrijke basisbeginselen die je waarschijnlijk wel herkent, zoals:
  • Rijden en rijhulpfuncties gebruiken
  • Weten wat de auto wel en niet kan
  • Afleiding tijdens het rijden
  • Vermoeidheid bij de bestuurder
  • Wet- en regelgeving

Rijden en rijhulpfuncties gebruiken

Het is jouw verantwoordelijkheid om je rijgedrag aan de huidige omstandigheden aan te passen, ook als je rijhulpfuncties gebruikt. Dat betekent onder meer dat je je snelheid en afstand tot andere voertuigen aanpast en dat je altijd kunt reageren op het verkeer en gevaren op de weg. De veiligheidssystemen en -waarschuwingen van je auto vertrouwen op de nauwkeurige detectie en identificatie van het verkeer om je heen en de toestand van de weg. De detectiesystemen kunnen niet alle rij-, verkeers-, weers- en wegomstandigheden verwerken.

 N.b.

Ondersteuning van de bestuurder

Rijhulpfuncties kunnen je helpen bij bepaalde rijhandelingen en verbeteren het bewustzijn tijdens het rijden. Wanneer ze op de juiste manier worden gebruikt, kunnen ze de veiligheid verbeteren en meer gemak bieden, maar ze zijn geen vervanging van veilig rijgedrag. Blijf altijd goed op de veiligheid letten, net als bij een auto die deze functies niet heeft.

Weten wat de auto wel en niet kan

Alle bestuurders wordt geadviseerd de auto en alle bijbehorende functies goed te leren kennen voordat ze gaan rijden. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder over voldoende kennis van de auto te beschikken om die veilig te kunnen gebruiken.

Als je twijfelt over hoe iets werkt of wilt weten hoe je een bepaalde functie moet gebruiken, raadpleeg dan de handleiding. Kun je de informatie die je zoekt niet vinden? Neem dan contact op met Volvo.

Afleiding tijdens het rijden

Afleidingen zorgen dat je minder goed oplet onder het rijden. Het is jouw verantwoordelijkheid als bestuurder om te beoordelen of een handeling veilig kan worden uitgevoerd. Bij het beoordelen moet je rekening houden met de hele situatie en met specifieke voorwaarden en omstandigheden die voor afleidingen kunnen zorgen. Het kan veilig zijn om het volume aan te passen als je op een rechte weg zonder andere voertuigen rijdt, maar niet in lastige situaties zoals bij inhalen.

 Waarschuwing

Vermijd afleiding

Elke handeling die je aandacht afleidt van de weg en het verkeer, moet je uitvoeren terwijl de auto geparkeerd staat. We geven je een aantal voorbeelden:
  • Houd niet je telefoon vast terwijl je rijdt. Lokale wetten beperken of verbieden vaak het gebruik van de telefoon tijdens het rijden.
  • Wijzig de route van de navigatie niet handmatig terwijl je rijdt.
  • Verander geen detailinstellingen van het geluid tijdens het rijden.

Verantwoordelijkheid van de bestuurder en veiligheidsfuncties

Je auto beschikt over verschillende veiligheidsfuncties die het risico op een ongeval verkleinen. Toch blijft het altijd de verantwoordelijkheid van de bestuurder om goed op te letten en de auto zo veilig mogelijk te gebruiken.

 Tip

Hulp van passagiers

Handelingen die de bestuurder zouden kunnen afleiden, kunnen beter door een passagier worden uitgevoerd. Maar sommige handelingen kunnen gewoon niet in een auto worden gedaan als je rijdt, zoals deze handleiding op het middendisplay lezen. Als je dit soort handelingen wilt doen, moet je de auto parkeren.

Gesproken opdrachten

Gesproken opdrachten kunnen bij sommige handelingen in bepaalde situaties minder afleiden dan dezelfde handeling handmatig doen.

Vermoeidheid bij de bestuurder

De bestuurder moet er altijd voor zorgen dat hij of zij goed is uitgerust. Je auto heeft een aantal functies met mogelijkheden om je te waarschuwen als je tekenen van vermoeidheid vertoont. Het is belangrijk om altijd te stoppen en even te pauzeren als je ook maar een klein beetje moe bent, ook als je geen waarschuwing van een functie hebt gekregen.

Wet- en regelgeving

Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om altijd op de hoogte te zijn van plaatselijke wet- en regelgeving. Als je naar een regio met afwijkende verkeersregels rijdt, zorg dan dat je alles bij je hebt wat verplicht is en verdiep je in verkeersregels die anders zijn dan je gewend bent.