N.b.
Verschillende instellingen regelen hoe en wanneer je auto wordt vergrendeld. Zorg ervoor dat je de verschillende opties kent en hoe ze bij vergrendelen en ontgrendelen werken.
Je kunt een groot deel van het algemene vergrendelingsgedrag van je auto aanpassen. Je kunt feedbackreacties bijvoorbeeld aan- of uitzetten. Je kunt ook kiezen of slechts één of alle portieren moeten ontgrendelen wanneer je de aanraakpunten op de portierhandgrepen gebruikt.
Je kunt de auto zo instellen dat hij automatisch wordt vergrendeld tijdens het rijden, dit biedt de inzittenden meer veiligheid. Wanneer deze instelling is ingeschakeld, kunnen de portieren niet per ongeluk worden geopend als de auto harder rijdt. Deze functie wordt bij een vrij lage snelheid geactiveerd.