Besturing

Verdiep je in de stuurfuncties van je auto.
Het stuurwiel

Je auto is ontwikkeld met het oog op een responsieve en gebruiksvriendelijke besturing. Zorg ervoor dat je je rijhouding aanpast en het stuurwiel naar wens instelt voordat je gaat rijden.

 Tip

Besturing en interactie met rijhulpsystemen

Diverse rijhulpfuncties zijn van invloed op het stuurgedrag. Lees de hoofdstukken in de handleiding over deze functies, zodat je precies weet hoe ze je rijervaring kunnen beïnvloeden.

Snelheidsafhankelijke stuurgevoeligheid

De stuurgevoeligheid en -weerstand worden aan de snelheid van de auto aangepast. Bij lage snelheden is de stuurweerstand laag voor nauwkeurig manoeuvreren. Bij hoge snelheden wordt de besturing stugger.

Stuurgevoel

Je kunt het stuurgevoel aanpassen via de instellingen op het middendisplay. Het stuurgevoel bepaalt de stevigheid waarmee het stuurwiel draait.

Storingen die te maken hebben met het stuur

Als je merkt dat je stuur abnormaal stevig aanvoelt of als stuurgerelateerde functies1 niet beschikbaar zijn of niet goed werken, kan dit te maken hebben met een storing in het stuursysteem.

Als je auto een stuurgerelateerde storing opmerkt, zie je een symbool en een melding op één of meerdere displays. De melding is afhankelijk van de aard en de ernst van de gedetecteerde storing. Zorg ervoor dat je eventuele instructies in de melding leest en opvolgt.

Symbool voor stuurgerelateerde storingen
Het symbool voor stuurgerelateerde storingen kan op het bestuurdersdisplay worden weergegeven als je auto een storing in het stuursysteem detecteert.
  1. 1 Zoals de hulpfunctie voor op de rijstrook blijven rijden of Pilot Assist

Meer in dit onderwerp