Volvo Cars op Climate Week NYC 2023: aandacht vragen voor klimaatdoelen

Climate Week NYC is een van de grootste, meest spraakmakende en invloedrijkste evenementen op het gebied van duurzaamheid. De bijeenkomst wordt bijgewoond door duizenden afgevaardigden van bedrijven, NGO's, samenwerkingsverbanden en overheden. Het doel: concrete oplossingen vinden om samen klimaatverandering tegen te gaan.

Want ook al hebben we als Volvo een van de meest ambitieuze klimaatplannen binnen de auto-industrie, en zijn we van plan per 2030 uitsluitend volledig elektrische auto’s te verkopen: we kunnen klimaatverandering niet in ons eentje tegengaan. Dat vereist coördinatie en samenwerking, en Climate Week NYC is daarvoor een perfect forum. De editie van dit jaar was vooral belangrijk in het licht van de komende mondiale klimaattop COP28 in Dubai. Recente klimaatrapporten onderstrepen nogmaals de urgentie van de klimaatcrisis en de noodzaak tot actie.

Om de gesprekken in New York optimaal te laten verlopen, hadden we twee van onze beste inspirators op het gebied van duurzaamheid afgevaardigd. Anders Kärrberg, global head Sustainability, en Stuart Templar, global head Stakeholder Engagement, brachten een week door in de Big Apple en spraken met veel gelijkgestemden. Ze deden mee aan verschillende sessies rondom industrieën waarbinnen een radicale verandering nodig is om de wereldwijde ambitie van netto-nul emissie te verwezenlijken.

“Wat mij opviel is hoe zeer gerespecteerd Volvo Cars is binnen de NGO-gemeenschap”, zegt Anders als hij terugblikt op de week. “Men noemde vaak onze ambitie voor 100 procent elektrische auto's per 2030, ons Steel Zero-werk en onze inzet op andere gebieden.”

Van ambitieuze plannen tot betekenisvolle actie

Volvo begon de Climate Week NYC met de aankondiging om per 2024 te stoppen met de productie van diesels. Dit nieuws brachten we tijdens een bijeenkomst van de coalitie Accelerating to Zero. Een duidelijk statement en logisch gevolg van onze focus op volledig elektrisch rijden. Bovendien is dit in lijn met het laatste Stocktake Report van de VN, waarin staat dat een overstap naar elektrisch rijden en het uitfaseren van fossiele brandstoffen de meest effectieve manier is voor de auto-industrie om de uitstoot terug te dringen.

“Volvo's aankondiging om te stoppen met diesel werd zeer goed ontvangen, ook door vertegenwoordigers van invloedrijke klimaat-NGO’s”, zegt Stuart. “We lieten onze voortrekkersrol zien, onder meer met onze elektrificatiestrategie, en we stelden een voorbeeld dat andere fabrikanten kunnen volgen.”Vervolgens ontmoette Stuart onze vrienden van de Ocean Race en sprak hen toe op hun Ocean Summit (Stuart verschijnt vanaf 13.45 uur) bij de Algemene Vergadering van de VN. Daar sprak hij Volvo's steun uit voor een moratorium op diepzeemijnbouw. Hoewel de oceaanbodem veel mineralen bevat die worden gebruikt in accu's van elektrische auto's, vindt Volvo dat diepzeemijnbouw pas mag plaatsvinden als we zeker weten dat dit de cruciale ecosystemen in onze zeeën en oceanen niet beschadigt.

“Het spreken op het VN-hoofdkwartier was voor mij een hoogtepunt, een moment om met trots op terug te kijken”, lacht Stuart. “Voordat ik bij Volvo Cars kwam, heb ik zestien jaar als diplomaat gewerkt, maar toen heb ik nooit deze kans gekregen. Het was fantastisch om de reactie van de afgevaardigden te horen toen ik onze steun aankondigde voor een moratorium op diepzeemijnbouw. Ik voelde oprechte genegenheid voor ons bedrijf. Sommige aanwezigen vertelden me achteraf dat hun volgende auto een Volvo zou zijn!”

Een voorvechter voor het klimaat

Een paneldebat georganiseerd door Climate Group richtte zich op de mogelijkheid van netto-nul staal. Anders deelde onze ervaringen in de samenwerking met de Zweedse staalproducent SSAB om hoogwaardig staal met nagenoeg nul uitstoot voor de automotive sector te maken. Het was ook geweldig een paar instaplijsten van Volvo te zien, gemaakt van door SSAB geproduceerd fossielvrij staal, die onderdeel uitmaakten van een klimaatactie-expo van IKEA die de hele week liep.

Als Volvo zeggen we niet alleen zélf dat we koploper zijn op het gebied van klimaat. Ook NGO InfluenceMap noemde ons 'future leader' op dit gebied. Stuart nam deel aan een InfluenceMap-bijeenkomst en lichtte ons besluit toe om de Europese brancheorganisatie ACEA te verlaten. Dit vanwege het standpunt over het uitfaseren van verbrandingsmotoren. Onze eigen routekaart voor elektrificatie in 2030 laat zien dat een andere, ambitieuzere aanpak mogelijk is.

In verband daarmee nam Stuart ook deel aan een rondetafelgesprek bij de introductie van de Fossil to Clean-campagne, georganiseerd door de coalitie We Mean Business. Volvo Cars is een uitgesproken voorstander van zowel de coalitie als deze nieuwe campagne, die regeringen en bedrijven oproept fossiele brandstoffen geleidelijk af te schaffen. De CEO van de coalitie benoemde dat Volvo's klimaatactie een inspiratie vormde voor de campagne.

Naast deze speciale bijeenkomsten hadden Stuart en Anders ook veel bilaterale gesprekken met belangrijke vertegenwoordigers van andere bedrijven en organisaties. Hoogtepunten waren onder meer de 'Action Speaks'-top in het IKEA-kantoor in New York, en een bijeenkomst van de Community of Chief Sustainability Officers, georganiseerd door het World Economic Forum. Door deze en andere gesprekken kon Anders zijn evenknieën bij andere bedrijven ontmoeten en informatie over effectieve klimaatacties en beleid uitwisselen.

“Er waren ongeveer vijftien andere Zweedse bedrijven aanwezig in New York, voornamelijk met hun duurzaamheidsmanagers”, zegt Anders. “Ze staan voor veel van dezelfde uitdagingen als wij. Dus het was erg goed om met een betrokken, competente groep mensen te spreken, informatie te delen en van elkaar te leren. Al met al vind ik dat Climate Week NYC ons elk jaar grote kansen biedt voor kennisontwikkeling en belangenbehartiging.”

“Climate Week NYC is een ideaal moment om veel verschillende nuttige contacten op te doen”, voegt Stuart toe. “Het is ook een plek waar je mooie toevallige ontmoetingen kunt hebben – de mijne was met de hertogin van York! Maar bovenal denk ik dat het belangrijk is dat we aanwezig waren en ons konden uitspreken. Het hielp om onze reputatie en geloofwaardigheid als bedrijf te versterken onder de belangrijkste en invloedrijke stakeholders op dit gebied – en nog belangrijker: om van anderen te leren.”