Op afstand vergrendelen en ontgrendelen
Je kunt de auto automatisch laten ontgrendelen en vergrendelen wanneer je de auto nadert of achterlaat terwijl je een sleutel met afstandsbediening bij je hebt. Je kunt dit in de instellingen in- en uitschakelen.
Belangrijk
Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om ervoor te zorgen dat de auto is vergrendeld, zelfs als de automatische functies zijn ingeschakeld.
Autodieven kunnen frequentiestoringen gebruiken om sleutelfuncties te verstoren en te verhinderen dat een auto wordt vergrendeld. Wanneer je uit de auto stapt, controleer dan altijd of het bestuurdersportier vergrendeld is.
De handgreep van het bestuurdersportier gebruiken
Als je de auto handmatig wilt vergrendelen of ontgrendelen terwijl je een sleutel met afstandsbediening bij je hebt, kun je de aanraakpunten op de handgreep van het bestuurdersportier gebruiken.
Als je de auto wilt ontgrendelen, pak je gewoon de handgreep van het bestuurdersportier vast. Als je de auto wilt vergrendelen, leg je een vinger op de kleine inkeping.

N.b.
De aanraakpunten werken alleen als je een herkende sleutel met afstandsbediening bij je hebt op een plek waar je auto deze kan detecteren.
Als je niet wilt dat je auto automatisch wordt ontgrendeld of vergrendeld wanneer je de auto nadert of verlaat, moet je Ontgrendelen bij naderen in de instellingen uitschakelen.
Als je langere tijd vlak bij de auto bent zonder het bestuurdersportier te openen, kan er een vertraging zijn als je de auto met de portierhandgreep van het bestuurdersportier probeert te openen of te ontgrendelen. Het is normaal als de auto niet meteen ontgrendelt of opent. Wacht een paar seconden en probeer het dan nog een keer.
De sleutellezer gebruiken
Als je een sleutelkaart gebruikt of de batterij van je sleutel met afstandsbediening leeg is, kun je de auto vergrendelen of ontgrendelen door de sleutel op de NFC1-lezer in de portierstijl te houden.

Leg de kaart of het apparaat vlak tegen de lezer. Als je een Key Tag gebruikt, moet het Volvo-logo naar je toe zijn gericht.
De bedieningspanelen in de auto gebruiken
Je kunt de auto van binnenuit vergrendelen of ontgrendelen met de knoppen op de armsteun tussen de voorstoelen. De symbolen voor vergrendelen en ontgrendelen staan op de knoppen.


Ontgrendeling in noodgevallen
Bij een botsing wordt de auto automatisch ontgrendeld. Bij lichte schade aan de auto kan de auto weer worden vergrendeld. Als de schade aan de auto ernstig is, kun je de auto niet opnieuw vergrendelen. In dat geval kan de vergrendelingsfunctie alleen door een Volvo-monteur worden hersteld2.
Kinderslot
Het kinderslot kan de veiligheid van passagiers op de achterbank vergroten. Wanneer het kinderslot is ingeschakeld, kunnen de passagiers op de achterbank de achterportieren niet openen. In een apart deel van de handleiding vind je meer informatie over het activeren van het kinderslot.
Dubbel trekken
Om te voorkomen dat de achterportieren onopzettelijk worden geopend, zijn de handgrepen uitgerust met een dubbeltrekfunctie. Dit betekent dat je twee keer aan de portierhandgreep moet trekken om het portier van binnenuit te ontgrendelen en te openen.
Waarschuwing
Volvo adviseert om geen mensen of huisdieren in een vergrendelde auto achter te laten. De bestuurder is te allen tijde verantwoordelijk voor het welzijn en de veiligheid van alle inzittenden.
In sommige landen is het verboden mensen of huisdieren achter te laten in een afgesloten voertuig.