Je kunt de richting van de luchtstroom wijzigen via de klimaatweergave op het middendisplay of fysiek met de knoppen op de blaasmonden.
Draai aan de fysieke knop van de blaasmond om de blaasmond te openen. Hierdoor kan de lucht gaan stromen.
Luchtstroom omleiden via middendisplay
Druk op het ventilatorsymbool
in de onderste balk.

Druk op de luchtstroomsymbolen om de gewenste luchtstroomrichting te selecteren.
De richting van de luchtstroom fysiek aanpassen
Verplaats de fysieke knoppen van de blaasmond om de richting van de luchtstroom aan te passen.
Tip
Als je een specifieke luchtstroomrichting kiest op het middendisplay terwijl de automatische klimaatmodus actief is, schakelt het klimaatsysteem over naar de handmatige modus. Selecteer Automatisch in de klimaatweergave om terug naar de automatische klimaatmodus te gaan.