Richtingaanwijzer

De richtingaanwijzers van de auto zijn te bedienen met de linker stuurhendel. De richtingaanwijzers knipperen driemaal of blijven knipperen, afhankelijk van hoe ver u de hendel omhoog- of omlaaghaalt.
P3-1320-70+80 Turn signals
Richtingaanwijzer.

Korte serie knippersignalen

Ikon röd pil 1Haal de stuurhendel omhoog of omlaag naar de eerste stand en laat de hendel vervolgens los. De richtingaanwijzers lichten driemaal op. U kunt het systeem activeren/deactiveren in het menusysteem MY CAR, zie MY CAR.

Onafgebroken serie knippersignalen

Ikon röd pil 2Haal de stuurhendel omhoog of omlaag naar de tweede stand.

De hendel blijft in deze stand staan en kan handmatig in de uitgangspositie teruggezet worden of veert automatisch terug bij het terugdraaien van het stuurwiel.

Richtingaanwijzersymbolen

Voor de richtingaanwijzersymbolen, zie Instrumentenpaneel - betekenis controlesymbolen.