Snelheidsfuncties voor cruisecontrol
Snelheid instellen/opgeslagen snelheid wijzigen
- Kort drukken: Iedere keer dat u de knop indrukt past u de snelheid aan in stappen van +/- 5 km/h (+/- 5 mph).
- Knop indrukken en vasthouden: Laat de knop los als de snelheidsindicator (4) de gewenste snelheid aangeeft
- De laatst verrichte aanpassing met de knop wordt in het geheugen opgeslagen.
Als de snelheid met het gaspedaal wordt verhoogd voordat op de stuurknop (1) wordt gedrukt, wordt de actuele rijsnelheid bij het drukken op de knop opgeslagen, op voorwaarde dat u bij het drukken op de knop uw voet op het gaspedaal houdt.
Wanneer u gas bijgeeft met het gaspedaal zoals bij een inhaalmanoeuvre, blijft de instelling ongewijzigd – de auto hervat de laatst opgeslagen snelheid zodra u het gaspedaal loslaat.
Motorrem gebruiken in plaats van bedrijfsrem
De cruisecontrol regelt de snelheid met een gereduceerde remingreep vanuit de bedrijfsrem. Op een aflopende helling kan het soms wenselijk zijn om iets sneller weg te rollen en alleen de motorrem de snelheidstoename te laten dempen. U kunt de bedrijfsremingreep van de cruisecontrol dan tijdelijk uitschakelen.
Werking van cruisecontrol afhankelijk van rijmodus
De manier waarop de cruisecontrol de snelheid regelt, kan variëren naargelang de gekozen rijmodus2.
Cruisecontrol Eco Cruise
In de rijmodus ECO verlopen de acceleratie- en remacties soepeler dan in andere rijmodi om het brandstofverbruik en de milieu-eigenschappen te optimaliseren. Dit kan met zich meebrengen dat de snelheid tijdelijk iets onder of boven de opgeslagen snelheid kan liggen.
Zie het hoofdstuk "Rijmodus ECO" onder het kopje "Cruisecontrol Eco Cruise"voor aanvullende informatie.
Cruisecontrol Dynamic Cruise
In de rijmodus Dynamic zullen de acceleratie- en remacties van de cruisecontrol robuuster en directer aanvoelen dan het geval is in andere rijmodi.