Automatische klimaatregeling activeren
Bij automatische klimaatregeling worden meerdere klimaatfuncties automatisch geregeld.
Open het klimaatscherm op het middendisplay.
Druk kort of lang op AUTO.
- Kort drukken - de luchtrecirculatie, airconditioning en luchtverdeling worden automatisch geregeld.
- Lang drukken - de luchtrecirculatie, airconditioning en luchtverdeling worden automatisch geregeld, de temperatuur en het ventilatorniveau worden gewijzigd in de standaardinstellingen: 22 °C (72 °F) en niveau 3 (niveau 2 op de achterbank1).
De automatische klimaatregeling wordt geactiveerd en de knop gaat branden.
Let op
Het is mogelijk om de temperatuur en de ventilatorstand te wijzigen zonder deactivering van de automatische klimaatregeling. De automatische klimaatregeling wordt gedeactiveerd wanneer de luchtverdeling handmatig wordt gewijzigd of wanneer max. ontwaseming wordt geactiveerd.