Kaartnavigatie activeren en deactiveren*
Het navigatiesysteem wordt bij het openen van het bestuurdersportier automatisch geactiveerd en pas weer gedeactiveerd, wanneer de bestuurder uitstapt en de auto vergrendelt.
Navigatie activeren
Open de kaartweergave op het middendisplay door op het bovenste deelscherm (1) op het startscherm te tikken.
Als het deelscherm voor navigatie niet op het middendisplay verschijnt - tik tweemaal kort op de homeknop (2) en vervolgens op het deelscherm voor navigatie (1).
Daarna wordt de kaart van het actuele gebied weergegeven, waarop de auto wordt aangeduid met een blauwe driehoek.
Tik op dit symbool om de kaartweergave over de volle breedte van het middendisplay te bekijken.
Waarschuwing
Denk aan het volgende:
- Richt al uw aandacht op de weg en concentreer u volledig op het rijden.
- Neem de geldende verkeersregels in acht en rijd voorzichtig.
- Vanwege bijv. weersomstandigheden of het jaargetijde kunnen bepaalde aanbevelingen voor de route minder betrouwbaar zijn.
Navigatie deactiveren
Het navigatiesysteem is niet uit te schakelen, maar blijft altijd op de achtergrond doorwerken. Het wordt pas uitgeschakeld wanneer u de auto verlaat en vergrendelt.
N.b.
Het navigatiesysteem is ook met uitgeschakelde motor toegankelijk. Bij een te lage accuspanning wordt het systeem uitgeschakeld.