Open de tankvulklep.
Steek het mondstuk van het vulpistool in de brandstofvulopening. Let erop dat u het mondstuk van het vulpistool correct in de vulpijp steekt. De vulpijp bevat twee kleppen die te openen zijn. Zorg dat u het vulpistool door de beide kleppen hebt gestoken, voordat u begint met tanken.
Giet de tank niet te vol door het vulpistool na de eerste afslag meteen uit de vulopening te halen.
N.b.
Een overvolle tank kan bij warm weer overstromen.
N.b.
Voorkom morsen door na het tanken ca. 5–8 seconden te wachten en daarna het vulpistool voorzichtig te verwijderen.