Bij opslag van een bestemming wordt een reisplan opgesteld. Het systeem hanteert één reisplan tegelijk met maximaal 4 deelbestemmingen.
Voor activering van het reisplan moet u een bestemming hebben ingevoerd.
Druk in de normaalweergave van de navigatiebron op OK/MENU en kies Routebeschrijving.
Kies Een ander tussenbest. toevoegen als u deelbestemmingen in het reisplan wenst.
U kunt maximaal 4 deelbestemmingen toevoegen aan het reisplan. U kunt de onderlinge volgorde aanpassen, zie de paragraaf "Reisplan aanpassen" elders.
Als u informatie over een deelbestemming wenst, markeer de desbetreffende deelbestemming, druk op OK/MENU en kies Informatie.
Selecteer Begeleiding starten.
Het actuele reisplan wordt geactiveerd en de begeleiding gaat van start, op voorwaarde dat de functie Routevoorstellen niet geactiveerd is.
Kies een route, als de functie Routevoorstellen wel geactiveerd is.
Het actuele reisplan wordt geactiveerd en de begeleiding gaat van start.
Begeleiding annuleren
Druk in de normaalweergave van de navigatiebron op NAV en kies Begeleiding beëindigen.
De begeleiding wordt geannuleerd.
Begeleiding hervatten
Druk in de normaalweergave van de navigatiebron op NAV en kies Begeleiding hervatten.
De begeleiding wordt voortgezet vanaf het punt dat deze werd onderbroken.
Reisplan aanpassen
Markeer de deelbestemming en bevestig met OK/MENU.
Geef aan wat u wilt aanpassen en wilt wijzigen:
- Wis – verwijdert de deelbestemming.
- Wijzig plaats in lijst – wijzigt de onderlinge volgorde in het reisplan (zie volgend kopje).
- Opslaan – slaat de deelbestemming op.
Volgorde deelbestemmingen wijzigen
Markeer de te verplaatsen deelbestemming en bevestig met OK/MENU.
Markeer Wijzig plaats in lijst en bevestig uw keuze met OK/MENU.
Draai aan TUNE om de deelbestemming te verplaatsen naar een punt hoger/lager in de lijst. Druk bij het bereiken van het gewenste punt op OK/MENU.
Reisplan wissen
Druk in de normaalweergave van de navigatiebron op NAV en kies .
Het actuele reisplan inclusief deelbestemming wordt gewist.