Instrumentenpaneel - betekenis controlesymbolen

De controlesymbolen attenderen u erop dat de bijbehorende functies ingeschakeld zijn, de desbetreffende systemen actief zijn of dat er storingen of gebreken zijn opgetreden.

Controlesymbolen

SymboolBetekenis
P3-0920 Symbol ABLStoring in ABL
P4-1220-Y55X Symbol AvgasreningssystemUitlaatgasreinigingssysteem
Symbol ABSStoring in ABS
P3 Symbol dimljus bakMistachterlicht aan
Px-1420-Antisladd symbol ESCStabiliteitsregeling, zie Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) - algemeen
Px-1420-Antisladd symbol ESC Off/SportlägeStabiliteitsregeling, Sport-stand, zie Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) - bediening
Symbol motorförvärmare dieselVoorgloeifunctie motor (diesel)
Symbol bränslenivåLaag peil in brandstoftank
Symbol informationInformatie, lees tekstmelding
Symbol helljusGroot licht aan
Symbol blinkers vänsterRichtingaanwijzers links
Symbol blinkers högerRichtingaanwijzers rechts
P3-1346-Symbol ECOEco-systeem Aan, zie ECO*
P4-1220-DRIVe Autostart DIM-symbol Start/Stop, motor is automatisch afgezet, zie Start/Stop* - functie en bediening
P3 USA Icon TPMSBandenspanningscontrolesysteem , zie Bandenspanningscontrolesysteem*1

Storing in ABL

Het lampje brandt, als er een storing is opgetreden in het ABL-systeem (Active Bending Lights).

Uitlaatgasreinigingssysteem

Bij een storing in het uitlaatgasreinigingssysteem kan na een motorstart het symbool gaan branden. Rijd voor een controle naar een werkplaats. Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.

Storing in ABS

Als het lampje brandt, is het systeem defect. Het normale remsysteem van de auto werkt dan nog wel, zij het zonder ABS-regeling.

Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en zet de motor af.
Start de motor opnieuw.
Als het lampje blijft branden, rijd dan naar een werkplaats om het ABS te laten controleren. Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.

Mistachterlicht aan

Het symbool brandt, wanneer het mistachterlicht is ingeschakeld.

Stabiliteitsregeling

Het knipperende lampje geeft aan dat de stabiliteitsregeling werkt. Als het lampje continu brandt is er sprake van een storing in het systeem.

Stabiliteitsregeling, Sport-stand

De Sport-stand maakt een actievere rijervaring mogelijk. Het systeem registreert dan of de gaspedaal- en stuurwielbediening alsook het bochtenwerk aan te merken zijn als actiever dan normaal, waarna het systeem toestaat dat de achtertrein een gecontroleerde vorm van slippen vertoont voordat het ingrijpt en de auto stabiliseert. Het symbool brandt, wanneer de Sport-stand is geactiveerd.

Voorgloeifunctie motor (diesel)

Het lampje gaat branden wanneer de motor wordt voorverwarmd. Voorverwarmen gebeurt meestal bij een lage temperatuur.

Laag peil in brandstoftank

Wanneer het lampje gaat branden is het brandstofpeil te laag. Tank dan zo spoedig mogelijk.

Informatie, lees tekstmelding

Als er een afwijking is in een van de systemen in de auto, gaat het informatiesymbool branden en verschijnt er een melding op het display. U verwijdert de melding met behulp van de OK-knop, zie Menufuncties - instrumentenpaneel. Dit gebeurt automatisch als u enige tijd niets doet (hoe lang hangt van de bewuste functie af). Het informatiesymbool kan ook gaan branden in combinatie met andere symbolen.

 N.b.

Als de servicemelding verschijnt kunt u het symbool en de melding met behulp van de OK-knop doven. Na een tijdje doven ze ook automatisch.

Groot licht aan

Het lampje brandt, wanneer u het groot licht voert of grootlichtsignalen geeft.

Richtingaanwijzers links/rechts

Beide richtingaanwijzersymbolen knipperen bij gebruik van de alarmlichten.

Eco-systeem aan

Het symbool brandt, wanneer het Eco-systeem is geactiveerd.

Start/Stop

Het lampje brandt als de motor automatisch is afgezet.

Bandenspanningssysteem

Het symbool brandt bij een lage bandenspanning of als er een storing optreedt in het bandenspanningssysteem.

  1. * Optie/accessoire.
  2. 1 Standaard op bepaalde markten.