Vergrendelen/ontgrendelen - indicatie

Wanneer u de auto vergrendelt of ontgrendelt met een transpondersleutel, lichten de richtingaanwijzers een bepaald aantal malen op om aan te geven dat de auto op de juiste manier vergrendeld/ontgrendeld is.
  • Vergrendelen – eenmaal oplichten en de buitenspiegels worden ingeklapt1.
  • Ontgrendelen – tweemaal oplichten en de buitenspiegels worden uitgeklapt1.

 N.b.

Let op het gevaar voor buitensluiten met de transpondersleutel nog in de auto.

Bij het vergrendelen vindt de indicatie alleen plaats als alle sloten zijn vergrendeld en alle portieren zijn gesloten. Er vindt ook indicatie plaats als het laatste portier wordt gesloten.

Functie kiezen

In het menusysteem MY CAR zijn verschillende opties in te stellen voor bevestiging bij vergrendeling/ontgrendeling middels lichtsignalen. Voor een beschrijving van het menusysteem, zie MY CAR.

  1. 1 Alleen auto’s met elektrisch inklapbare buitenspiegels.