Adaptieve cruisecontrol* - functie

De adaptieve cruisecontrol (ACC – Adaptive Cruise Control) helpt u om een gelijkmatige snelheid en een bepaalde afstand tot voorliggers aan te houden door een tijdsverschil ten opzichte van de voorligger in te stellen.

De adaptieve cruisecontrol bestaat uit een cruisecontrol die gekoppeld is aan een afstandshouder.

Functie-overzicht

P4-1220-Adaptiv farthållare Princip
Functie-overzicht1.
  1. Ikon röd cirkel 1Waarschuwingssymbool – afremmen noodzakelijk
  2. Ikon röd cirkel 2Knoppenset op het stuurwiel
  3. Ikon röd cirkel 3Radarsensor

De adaptieve cruisecontrol bestaat uit een cruisecontrol die gekoppeld is aan een afstandshouder.

 Waarschuwing

De adaptieve cruisecontrol is geen systeem dat botsingen voorkomt. Grijp zelf in zodra u merkt dat het systeem een voorligger niet registreert.

De adaptieve cruisecontrol reageert niet op voetgangers of dieren noch op kleinere voertuigen, zoals fietsen of motorfietsen e.d. Tegenliggers, langzaam rijdende en stilstaande voertuigen of vaste obstakels worden eveneens genegeerd.

Gebruik de adaptieve cruisecontrol niet in stadsverkeer of verkeersdrukte, op kruisingen, bij gladheid, hevige regen- of sneeuwval of slecht zicht en evenmin op weggedeelten met een dikke laag water of sneeuwmodder, op bochtige wegen of op op- en afritten.

De afstand tot het verkeer voor u wordt in principe gemeten met een radarsensor. De cruisecontrol regelt de snelheid door de stand van de gasklep aan te passen en zo nodig af te remmen. Het is volkomen normaal dat de remmen enige geluiden produceren, wanneer de adaptieve cruisecontrol ze aanspreekt.

 Waarschuwing

Het rempedaal beweegt, wanneer de adaptieve cruisecontrol remt. Laat uw voet niet onder het rempedaal rusten – deze kan bekneld raken.

De adaptieve cruisecontrol streeft ernaar het door u ingestelde tijdsverschil aan te houden ten opzichte van voorliggers in dezelfde rijstrook. Als de radarsensor geen voorligger registreert, houdt de auto in plaats daarvan de snelheid aan die op de cruisecontrol werd ingesteld. Dit gebeurt ook als de snelheid van de voorligger de ingestelde snelheid overschrijdt.

De adaptieve cruisecontrol streeft ernaar de snelheid zo weinig mogelijk aan te passen. In situaties waarin krachtig moet worden geremd, dient de bestuurder dan ook zelf te remmen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij grote snelheidsverschillen of als de voorligger krachtig remt. Door beperkingen van de radarsensor is het mogelijk dat er onverwachts of helemaal niet wordt geremd.

De adaptieve cruisecontrol is te activeren om een tijdsverschil aan te houden ten opzichte van een voorligger bij snelheden vanaf 30 km/h2 (20 mph) tot een maximumsnelheid van 200 km/h (125 mph). Als de snelheid tot onder 30 km/h (20 mph) daalt of als het motortoerental te laag wordt, wordt de cruisecontrol stand-by gezet, waarna er niet langer automatisch wordt afgeremd – u moet dan zelf remmen om een veilige afstand te houden tot voorliggers.

Waarschuwingssymbool – afremmen noodzakelijk

Het remvermogen van de adaptieve cruisecontrol bedraagt zo'n 40% van de totale remcapaciteit van de auto.

P3+4-1646-Collision Warning Function
Audiovisueel waarschuwingssignaal wanneer een botsing dreigt1.

Als de auto harder moet worden afgeremd dan de adaptieve cruisecontrol aankan en u remt zelf niet bij, dan wordt u er middels het waarschuwingslampje van Collision Warning en een geluidssignaal op attent gemaakt dat u onmiddellijk moet ingrijpen.

 N.b.

Bij felle zon of bij gebruik van een zonnebril kan het waarschuwingslampje moeilijk te zien zijn.

 Waarschuwing

De adaptieve cruisecontrol waarschuwt alleen voor voertuigen die de radarsensor heeft gedetecteerd. Daarom kan de waarschuwing uitblijven of met een bepaalde vertraging plaatsvinden. Wacht een waarschuwing niet af, maar rem als dat nodig is.

Steile wegen en/of zware belading

Let erop dat de adaptieve cruisecontrol in eerste instantie bestemd is voor gebruik tijdens ritten op vlakke weggedeelten. De cruisecontrol heeft mogelijk moeite om de juiste volgafstand ten opzichte van voorliggers aan te houden bij ritten op steile aflopende wegen, bij vervoer van zware belading of met een aanhanger/caravan achter de auto – blijf dan extra alert en rem zo nodig zelf.

  1. * Optie/accessoire.
  2. 1 NB De afbeelding is schematisch – afhankelijk van het model zijn afwijkingen mogelijk.
  3. 2 De file-assistent van auto's met een automatische versnellingsbak kan een interval aan van 0–200 km/h (0–125 mph).