Kompas*
In de rechter bovenhoek van de achteruitkijkspiegel zit een display waarop wordt aangegeven in welke richting de voorkant van de auto wijst.
Bediening
Er worden acht verschillende richtingen met Engelse afkortingen weergegeven: N (noord), NE (noordoost), E (oost), SE (zuidoost), S (zuid), SW (zuidwest), W (west) en NW (noordwest).
Het kompas wordt automatisch geactiveerd wanneer u de motor start of wanneer sleutelstand II actief is, zie Contactslotstanden - functies in verschillende standen. Om het kompas handmatig uit of in te schakelen kunt u een paperclip of iets dergelijks nemen en het knopje aan de achterzijde van de achteruitkijkspiegel indrukken.
Het kompas wordt gedeactiveerd als de elektrische voorruitverwarming wordt geactiveerd. Als de elektrische voorruitverwarming wordt gedeactiveerd, schakelt het kompas weer in.
Kalibreren
De aarde is in 15 magnetische zones verdeeld. Het kompas is ingesteld op het geografische gebied waarin de auto werd afgeleverd. Het kompas dient te worden gekalibreerd, als u met de auto meerdere magnetische zones doorkruist. Ga als volgt te werk:
Breng de auto tot stilstand op een groot en open terrein waar geen stalen constructies of hoogspanningsdraden zijn.
Start de motor.
N.b.
Voor de beste kalibratie moet u alle elektrische uitrusting (klimaatinstallatie, ruitenwissers enz.) uitschakelen en erop letten dat alle portieren gesloten zijn.
Houd het knopje aan de achterzijde van de achteruitkijkspiegel ca. 3 seconden lang ingedrukt. Het cijfer van de huidige magnetische zone verschijnt.
Druk meerdere malen op het knopje totdat het nummer van de gewenste magnetische zone (1–15) verschijnt (zie de kaart met de magnetische zones van het kompas).
Wacht totdat het teken C weer op het display verschijnt of houd het knopje aan de onderzijde van de achteruitkijkspiegel ca. 6 seconden lang ingedrukt (met een rechtgebogen paperclip bijvoorbeeld), totdat het teken C verschijnt.
Rijd langzaam een rondje in de auto met een snelheid van hoogstens 10 km/h (6 mph), totdat een kompasrichting op het display verschijnt. Dit geeft aan dat de kalibratie afgerond is. Rijd daarna nog 2 rondjes om de kalibratie fijn af te stellen.
Herhaal de bovenstaande procedure zo nodig.