Bandenspanning controleren
Lees de bandenspanning van de manometer af.
- Als de spanning lager is dan 1,3 bar1, is de band onvoldoende afgedicht. Beëindig in dat geval de rit. Neem contact op met een erkende Volvo-werkplaats.
- Als de bandenspanning hoger is dan 1,3 bar1, moet u de band oppompen tot de spanning die staat aangegeven in de bandenspanningstabel, zie Banden - goedgekeurde bandenspanning. Laat lucht uit de band ontsnappen, als de bandenspanning te hoog is.
Waarschuwing
Zorg dat de compressor uitstaat. Koppel de luchtslang en de kabel los.
![P3-1246-V60H-TMK refitting valve cover](https://www.volvocars.com/images/support/imgae78fc224dbd1fa2c0a801e70133295e_1_--_--_VOICEpnghigh.png?imwidth=1280)
Ventielafdekking terugplaatsen2
Plaats het ventieldopje.
Duw de ene kant van de afdekking (die zonder opening) vast (aan de kant van de band - B). Klap de afdekking vervolgens in de richting van de velg – duw ondertussen de afgeschuinde bovenkant omlaag zodat deze onder de rand van de velg grijpt. Controleer of de afdekking gelijk ligt met het velgoppervlak – duw anders het uitstekende gedeelte voorzichtig naar binnen.
N.b.
- Plaats na het oppompen van een band altijd het ventieldopje terug om schade aan het ventiel door grind, vuil e.d. te voorkomen.
- Gebruik alleen kunststof dopjes. Metalen ventieldopjes kunnen roesten en zijn moeilijk los te draaien.
N.b.
Waarschuwing
U wordt geadviseerd om naar de dichtstbijzijnde erkende Volvo-werkplaats te rijden en er de beschadigde band te laten vervangen/repareren. Geef aan het werkplaatspersoneel door dat er afdichtmiddel in de band zit.