Bij het eerste gebruik of na een fabrieksreset is het profiel Eigenaar vooraf geïnstalleerd en actief in de auto.
Het Eigenaar-profiel heeft beheerdersrechten en kan niet worden gewist.
Open het berichtenscherm om naar gebruikersprofielen te gaan.
In het statusveld wordt een -symbool samen met de initialen van het actieve profiel weergegeven. Wanneer het systeem is uitgelogd, worden er in het statusveld geen symbolen/initialen weergegeven.
Automatische profielkeuze
U kunt uw sleutel koppelen aan een profiel. Op die manier wordt telkens automatisch het profiel met alle instellingen gekozen wanneer de specifieke sleutel wordt geïdentificeerd bij het ontgrendelen of openen van het bestuurdersportier.
Als een sleutel niet aan een specifiek profiel is gekoppeld, wordt het laatst gebruikte profiel geactiveerd.
Algemeen over instellingen
Wijzigingen in de instellingen van de auto worden op verschillende manieren opgeslagen. Dit is afhankelijk van tot welke categorie de instellingen behoren. De instellingen kunnen persoonlijk, algemeen of aangepast voor een rijcyclus zijn.
Persoonlijke instellingen
Persoonlijke instellingen worden naar een actief profiel opgeslagen.
- Autofunctie-instellingen – instellingen voor de rijhulpsystemen, het klimaat aan de bestuurderszijde, de bestuurdersstoel, de buitenspiegels en de exterieure en interieurverlichting. Deze instellingen behouden hun waarden wanneer een profiel wordt toegevoegd of bij het uitloggen van een actief profiel.
- Audio- en media-instellingen - instellingen voor de navigatie, het audio- en mediasysteem, apps en gekoppelde accounts. Deze instellingen gaan terug naar de standaardinstellingen wanneer een profiel wordt toegevoegd of bij het uitloggen van een actief profiel.
Algemene instellingen
Bij het wisselen van profiel worden de algemene instellingen niet gewijzigd. Ze blijven gelijk, ongeacht welk profiel actief is. Voorbeelden van algemene instellingen zijn het klimaat aan de passagierszijde, de geheugenfunctie voor de passagiersstoel en bepaalde systeeminstellingen.
Standaardinstellingen voor rijcyclus
Een aantal instellingen gaat na een rijcyclus terug naar de standaardinstelling1.
De waarden voor deze instellingen kunnen tijdens het rijden worden aangepast. Bij de volgende rijcyclus gaan de instellingen terug naar hun standaardwaarde.