Sommige functies kennen beperkingen in specifieke situaties en werken alleen als aan bepaalde voorwaarden is voldaan. In zo'n geval verschijnen mogelijk informatieve meldingen op het bestuurdersdisplay en middendisplay.
Lees meer over het storingzoeken en de beperkingen van de verschillende functies in de desbetreffende artikelen verderop.
Als de auto niet meer kan rijden
Activeer de alarmlichten, als de auto onverwacht mocht afslaan in het verkeer. Let op uw veiligheid en rijd de auto zo mogelijk naar een veilige plek. Trek een veiligheidsvest aan en zet vervolgens de gevarendriehoek op om medeweggebruikers tijdig te waarschuwen. Als de oorzaak niet ter plekke kan worden verholpen, schakelt u de wegenhulp in.