Snelheidsbegrenzer deactiveren en stand-by zetten
De snelheidsbegrenzer (SL1) is tijdelijk te deactiveren en stand-by te zetten.
Om de snelheidsbegrenzer te deactiveren en stand-by te zetten:
Druk op de stuurknop (2).
De snelheidsbegrenzermarkeringen en -symbolen op het bestuurdersdisplay verkleuren van WIT naar GRIJS. De snelheidsbegrenzer is daarmee tijdelijk gedeactiveerd, zodat u de ingestelde maximumsnelheid kunt overschrijden.
Tijdelijk deactiveren met het gaspedaal
De ingestelde maximumsnelheid is tijdelijk te deactiveren en te overschrijden met het gaspedaal zonder dat de snelheidsbegrenzer daarvoor eerst stand-by moet worden gezet – om bijvoorbeeld snel te kunnen optrekken.
Doe in dat geval het volgende:
Trap het gaspedaal helemaal in en laat het pedaal weer los bij het bereiken van de gewenste snelheid om de acceleratie te beëindigen.
De snelheidsbegrenzer is in dat geval nog steeds geactiveerd, zodat het symbool op het bestuurdersdisplay WIT van kleur is.
Haal uw voet van het gaspedaal, wanneer de tijdelijke acceleratie voltooid is.
De auto wordt vervolgens automatisch afgeremd op de motor tot een snelheid onder de laatst opgeslagen maximumsnelheid.