Cruisecontrol* - snelheid regelen
De cruisecontrol (CC – Cruise Control) helpt u een gelijkmatige snelheid aan te houden. U kunt een snelheid instellen, activeren en wijzigen.
Activeren en snelheid instellen
Om de cruisecontrol aan te zetten:
- Druk op de stuurtoets
> | De kleur van het cruisecontrolsymbool op het instrumentenpaneel verandert van WIT in GRIJS om aan te geven dat de cruisecontrol stand-by staat. |
Om de cruisecontrol in te schakelen:
- Druk bij de gewenste snelheid op de stuurtoets of .
> | De actuele snelheid wordt in het geheugen opgeslagen en de markering (5) op het instrumentenpaneel brandt/wordt WIT van kleur bij de ingestelde snelheid. |
N.b.
De cruisecontrol kan niet worden ingeschakeld bij snelheden lager dan 30 km/h.
Snelheid wijzigen
Om de opgeslagen snelheid te wijzigen:
- Stel af met een korte druk op of - elke druk zorgt voor +/- 5 km/h. De laatst verrichte aanpassing wordt in het geheugen opgeslagen.
Om aan te passen met +/- 1 km/h:
- Houd de knop ingedrukt en laat los bij de gewenste snelheid.
Wanneer u tijdelijk gas geeft via het gaspedaal zoals bij een inhaalmanoeuvre, blijft de instelling van de cruisecontrol ongewijzigd – de auto hervat de ingestelde snelheid zodra u het gaspedaal loslaat.
N.b.
Als u een knop van de cruisecontrol meerdere minuten ingedrukt houdt, wordt de cruisecontrol geblokkeerd en uitgeschakeld. Om de cruisecontrol weer te kunnen activeren, moet de auto stilstaan en de motor worden herstart.