contactslotstanden - functies in verschillende standen

Om bij uitgeschakelde motor het gebruik van een beperkt aantal functies mogelijk te maken is het elektrische systeem van de auto met de transpondersleutel in 3 verschillende standen te zetten: 0, I en II. In deze gebruikershandleiding worden deze standen in algemene zin aangeduid als "contactslotstanden".

De volgende tabel geeft aan welke functies beschikbaar zijn in de verschillende contactslotstanden.

StandFuncties
0
  • Kilometerteller, klok en temperatuurmeter worden verlicht.
  • Elektrisch bediende stoelen zijn te verstellen.
  • Het audiosysteem is enige tijd te gebruiken - zie Audio en media.
I
  • Schuif-/kanteldak, elektrisch bediende ruiten, 12V-aansluitingen in passagiersruimte, navigatie, telefoon, interieurventilator en ruitenwissers zijn te gebruiken.
II
  • De koplampen worden ontstoken.
  • Waarschuwings-/controlelampjes branden 5 seconden lang.
  • Diverse andere systemen worden geactiveerd. Elektrische verwarming in zittingen en achterruit kan echter pas na starten van de motor worden geactiveerd.

Deze contactslotstand verbruikt veel stroom vanuit de startaccu en moet daarom worden vermeden!

Kiezen van contactslotstand

  • contactslotstand 0 - Ontgrendel de auto - het elektrische systeem van de auto staat nu in stand 0.

 N.b.

Om stand I of II te realiseren zonder dat de motor wordt gestart moet u bij het selecteren van deze contactslotstanden het rem-/koppelingspedaal niet bedienen.
  • contactslotstand I - Met de transpondersleutel volledig in het contactslot1 geduwd - druk kort op START/STOP ENGINE.
  • contactslotstand II - Met de transpondersleutel volledig in het contactslot1 geduwd - druk lang2 op START/STOP ENGINE.
  • Terug naar contactslotstand 0 - Om terug te gaan naar contactslotstand 0 vanuit stand II en I - druk kort op START/STOP ENGINE.

Audiosysteem

Zie voor informatie over de functie van het audiosysteem bij een uitgenomen transpondersleutel, zie Audio en media.

Motor starten en afzetten

Zie voor informatie over het starten/afzetten van de motor, zie Motor starten.

Slepen

Zie voor belangrijke informatie over de transpondersleutel bij het slepen, zie Slepen.

  1. * Optie/accessoire.
  2. 1 Niet nodig bij een auto met Keyless start en ontgrendeling/vergrendeling*.
  3. 2 Ca. 2 seconden.