Temperatuur achterin* regelen
De temperatuur voor de klimaatzones achterin is in te stellen op het gewenste aantal graden.
Temperatuur achterin regelen vanaf voorstoelen
Open het klimaatscherm op het middendisplay door op het symbool in het midden van het klimaatveld te tikken.
Kies het tabblad Achter.
Druk op de pijlen naast de temperatuur om de temperatuur te verhogen of te verlagen.
De temperatuur wordt aangepast, waarna de knop de ingestelde temperatuur aangeeft.
Temperatuur achterin regelen vanaf achterstoelen
Druk op de ontgrendelingsknop op het klimaatpaneel van de tunnelconsole om toegang te krijgen tot de bediening.
Druk op de </>-knoppen voor de linker of rechter zone om de temperatuur in stapjes te verhogen of te verlagen.
De temperatuur wordt aangepast, waarna het scherm van het klimaatpaneel de ingestelde temperatuur aangeeft.
N.b.
Het is niet mogelijk om het opwarmen/afkoelen te versnellen door een hogere/lagere temperatuur te kiezen dan die eigenlijk gewenst is.