Parkeervarianten bij actieve parkeerhulp
De actieve parkeerhulp PAP1 is te gebruiken bij de volgende parkeervarianten.
Fileparkeren
Het PAP-systeem parkeert de auto aan de hand van de volgende stappen:
- Het parkeervak wordt gezocht en gemeten.
- De auto wordt achteruit het vak ingestuurd.
- De auto wordt netjes in het midden van het vak geparkeerd door voor-/achteruit te rijden.
Met Uitparkeren kan een filegeparkeerde auto ook hulp krijgen van PAP om een parkeervak te verlaten – zie het artikel "Uitparkeren met actieve parkeerhulp".
Achteruit insteken
Het PAP-systeem parkeert de auto aan de hand van de volgende stappen:
- Het parkeervak wordt gezocht en gemeten.
- De auto wordt achteruit/vooruit het parkeervak in gestuurd en netjes in het midden geparkeerd door voor-/achteruit te rijden.
N.b.
Een haaks geparkeerde auto kan niet met behulp van de PAP-functie Uitparkeren een parkeervak verlaten - die functie is alleen te gebruiken voor een parallel geparkeerde auto.