Cruisecontrol
De cruisecontrol (CC1) helpt u een gelijkmatige snelheid aan te houden, wat zorgt voor een comfortabeler rijervaring tijdens lange ritten op snelwegen en lange, rechte hoofdwegen met een gelijkmatige doorstroom.
Overzicht
: Activeert de cruisecontrol vanuit de stand-bystand en hervat de opgeslagen snelheid | |
: Verhoogt de opgeslagen snelheid | |
: Vanuit de stand-bystand – activeert de cruisecontrol en slaat de actuele snelheid op | |
: Vanuit de actieve stand – deactiveert de cruisecontrol/zet deze stand-by | |
: Verlaagt de opgeslagen snelheid | |
Aanduiding voor opgeslagen snelheid | |
Actuele rijsnelheid | |
Opgeslagen snelheid |
N.b.
Bij een auto met adaptieve cruisecontrol* kunt u wisselen tussen cruisecontrol en adaptieve cruisecontrol – zie de rubriek "Wisselen tussen CC en ACC".
Waarschuwing
- De cruisecontrol is een systeem voor aanvullende bestuurdersondersteuning om de bestuurder te ontlasten, maar het systeem werkt niet in alle verkeers-, weers- en wegomstandigheden.
- U wordt geadviseerd om alle paragrafen over het systeem in de gebruikershandleiding door te nemen en bijvoorbeeld te lezen over de beperkingen die u moet kennen voordat u het systeem gebruikt (zie de lijst met links aan het einde van dit artikel).
- De cruisecontrol ontslaat u niet van de plicht om alert en adequaat te reageren, zodat u de auto altijd op een veilige manier moet blijven besturen, met inachtneming van een passende snelheid en geschikte afstand tot andere weggebruikers en met respect voor de geldende verkeersregels en -bepalingen.