Openen
Open de elektrisch bediende achterklep op een van de volgende manieren:
Sluiten
Sluit1 de elektrisch bediende achterklep op een van de volgende manieren:
N.b.
- De knop is 24 uur actief nadat de klep is opengelaten. Daarna moet u de klep handmatig sluiten.
- Als de tankvulklep meer dan 30 minuten open heeft gestaan, zal deze langzamer worden gesloten.
Sluiten en vergrendelen
N.b.
- Vergrendeling en ontgrendeling zijn alleen mogelijk wanneer een van de transpondersleutels van de auto zich binnen bereik bevindt.
- Bij passief* vergrendelen of sluiten klinken er drie signalen, als de sleutel niet dicht genoeg bij de achterklep wordt waargenomen.
Belangrijk
Openen of sluiten onderbreken
- Druk op de knop op het dashboard.
- Druk op de knop op de transpondersleutel.
- Druk op de sluitingsknop aan de onderzijde van de achterklep.
- Druk op het met rubber beklede drukplaatje onder de buitenhandgreep.
- Met een schopbeweging*.
De achterklepbeweging wordt onderbroken en de achterklep komt tot stilstand. De achterklep is daarna handmatig te bedienen.
Als de achterklep stopt in de buurt van de gesloten stand, zal de achterklep bij een volgende handsfree activering worden geopend.
Inklembeveiliging
Als de achterklep tijdens het openen of sluiten in zekere mate wordt gehinderd door een obstakel treedt de inklembeveiliging in werking.
- Bij openen – de beweging wordt onderbroken, de achterklepbeweging stopt en er klinkt een lang signaal.
- Bij sluiten – de beweging wordt onderbroken, de achterklepbeweging stopt, er klinkt een lang signaal en de achterklep keert terug naar de geprogrammeerde maximale openingshoek.
Waarschuwing
Let op het gevaar voor beknelling tijdens het openen/sluiten.
Controleer voor het openen of sluiten of er niemand in de buurt van de achterklep staat, omdat beknellingsletsel ernstige gevolgen kan hebben.
Let altijd op bij bediening van de kofferklep.