Om de cruisecontrol stand-by te zetten:
Druk op de stuurknop (2).
De snelheidsbegrenzermarkeringen en -symbolen op het bestuurdersdisplay verkleuren van WIT in GRIJS. De snelheidsbegrenzer is daarmee tijdelijk gedeactiveerd, zodat u de snelheid vervolgens zelf moet aanpassen.
Stand-by vanwege ingreep van bestuurder
De cruisecontrol wordt in de volgende gevallen tijdelijk gedeactiveerd en stand-by gezet:
- u bedient het rempedaal
- u zet de keuzehendel in stand N
- het koppelingspedaal meer dan 1 minuut lang intrapt
- u houdt meer dan 1 minuut lang een hogere snelheid aan dan ingesteld.
U dient vervolgens zelf uw snelheid aan te passen.
Wanneer u gas bijgeeft met het gaspedaal zoals bij een inhaalmanoeuvre, blijft de instelling ongewijzigd – de auto hervat de laatst opgeslagen snelheid zodra u het gaspedaal loslaat.
Automatische stand-bystand
De cruisecontrol wordt in de volgende gevallen tijdelijk uitgeschakeld en stand-by gezet:
- de wielen verliezen hun grip op het wegdek
- het motortoerental is te laag/hoog
- de remtemperatuur wordt te hoog
- de snelheid daalt tot onder 30 km/h (20 mph).
U dient vervolgens zelf uw snelheid aan te passen.