Dimfunctie van spiegels aanpassen

Fel licht van achteren kan hinderlijke reflecties in de spiegels veroorzaken en u verblinden. Activeer de dimstand, wanneer u de verlichting van achterliggers als hinderlijk ervaart.

Handmatige dimfunctie

De achteruitkijkspiegel is te dimmen met een knopje aan de onderzijde van de spiegel.

P5-1507 Interior rear view mirror
  1. P5-Icon red circle 1Hendeltje voor handmatige dimfunctie.
Activeer de dimfunctie door het hendeltje naar u toe te halen.
Deactiveer de dimfunctie door het hendeltje naar de voorruit toe te duwen.

Bij een spiegel met autodimfunctie* ontbreekt het hendeltje voor handmatig dimmen.

Autodimfunctie*

Als er van achteren een fel licht komt, worden de spiegels automatisch gedimd als het buiten donker is of als het licht beperkt is, bijvoorbeeld bij het rijden in tunnels. De autodimfunctie is tijdens het rijden altijd actief, behalve bij inschakeling van de achteruitversnelling.

 N.b.

Bij aanpassing van het gevoeligheidsniveau van de autodimfunctie is de wijziging pas na enige tijd te merken.

De gevoeligheid van de dimfunctie is van invloed op zowel de achteruitkijkspiegel als de buitenspiegels.

Om de gevoeligheid van de dimfunctie te wijzigen:

Tik op Instellingen op het hoofdscherm van het middendisplay.
Tik op My CarSpiegels en Comfort.
Kies onder Binnenspiegel automatisch dimmen voor Normaal, Donker of Licht.

Met behulp van lichtsensoren in de achteruitkijkspiegel wordt de dimfunctie automatisch afgesteld.

De buitenspiegels zijn alleen uitgerust met autodimfunctie als ook de achteruitkijkspiegel is voorzien van iets dergelijks.

 N.b.

Als de sensoren door bijvoorbeeld parkeervergunningen, transponders, zonnekleppen of voorwerpen op de achterbank of in de bagageruimte dusdanig worden gehinderd dat er geen licht op de sensoren valt, gelden er beperkingen voor de autodimfunctie van de achteruitkijkspiegel en buitenspiegels.
  1. * Optie/accessoire.