Voorwaarden voor gebruik van de inhaalassistent
Om de inhaalassistent te kunnen activeren, is het volgende vereist:
- er is een voorligger (doelvoertuig) aanwezig
- de actuele snelheid van uw auto is minimaal 70 km/h (43 mph)
- de opgeslagen snelheid voor ACC is hoog genoeg om veilig te kunnen inhalen.
Inhaalassistent starten
Om de inhaalassistent te starten:
Activeer de richtingaanwijzer.
Gebruik de linker richtingaanwijzer bij een auto met het stuur links of de rechter richtingaanwijzer bij een auto met het stuur rechts.
De inhaalassistent wordt gestart.