Aan/Uit
De voor- en zijsensoren van de parkeerhulp worden automatisch geactiveerd bij het starten van de motor - de achtersensoren als de auto achteruitrolt of als de achteruitversnelling wordt geselecteerd.
De functie is te activeren/deactiveren op het functiescherm van het middendisplay.
Druk op de knop Parkeerhulp op het functiescherm.
Parkeerhulp wordt geactiveerd/gedeactiveerd, in de knop verschijnt een groene/grijze indicatie.
Bij een auto met parkeerhulpcamera is de parkeerhulp ook te activeren/deactiveren via het desbetreffende camerascherm.