Het panoramadak en het zonnescherm zijn te bedienen met een bedieningsknop aan het plafond.
Bediening is tevens mogelijk met behulp van de transpondersleutel, passieve opening* via de portiergreep of de knop voor centrale vergrendeling.
Om het panoramadak en het zonnescherm te kunnen bedienen moet het elektrische systeem van de auto in contactslotstand I of II staan.
Waarschuwing
Kinderen, andere passagiers of voorwerpen kunnen bekneld raken door bewegende delen.
- Let altijd op bij bediening van ruiten.
- Laat kinderen niet met de bedieningselementen spelen.
- Laat kinderen nooit alleen achter in de auto.
- Onderbreek altijd de stroom voor de ruitbediening door het elektrische systeem van de auto in contactslotstand 0 te zetten en neem vervolgens de transpondersleutel mee uit de auto.
- Steek geen voorwerpen of lichaamsdelen via de ruiten naar buiten, ook al is het elektrische systeem van de auto volledig uitgeschakeld.
Belangrijk
- Open het panoramadak niet, wanneer lastdragers zijn gemonteerd.
- Leg geen zware voorwerpen boven op het panoramadak.
Belangrijk
- Verwijder sneeuw en ijs van het panoramadak alvorens het te openen.
- Bedien het panoramadak niet, als het vastgevroren is.
Windscherm
Bij het panoramadak hoort een windscherm dat opgeklapt wordt bij een geopend panoramadak.