Wanneer de regensensor actief is, verschijnt het regensensorsymbool op het bestuurdersdisplay.
Regensensor activeren
Om de regensensor te kunnen activeren motor de motor draaien of in contactslotstand I of II staan en de ruitenwisserhendel in stand 0 of die voor een enkele wisslag.
Activeer de regensensor door op de regensensorknop te drukken.
Haal de hendel omlaag om de wissers een extra wisslag te laten maken.
Draai het duimwiel omhoog voor een grotere gevoeligheid en omlaag voor een lagere gevoeligheid. De wissers maken een extra slag, als u het duimwiel omhoogdraait.
Regensensor deactiveren
Deactiveer de regensensor met een druk op de regensensorknop of haal de hendel omhoog voor een ander wisprogramma.
De regensensor wordt automatisch gedeactiveerd, wanneer het elektrische systeem in contactslotstand 0 staat of wanneer de motor is afgezet.
De regensensor wordt automatisch gedeactiveerd, wanneer u de wisserarmen in de servicestand zet. De regensensor wordt opnieuw geactiveerd, wanneer de wisserarmen niet meer in de servicestand staan.