Airconditioning
De airconditioning koelt en droogt zo nodig de binnenkomende lucht.
Wanneer het lampje in de knop AC brandt, wordt de airconditioning geheel automatisch geregeld.
Wanneer het lampje in de knop AC gedoofd is, staat de airconditioning uit. De overige functies worden nog steeds automatisch geregeld. Bij activering van de maximale ontwaseming wordt automatisch de airconditioning ingeschakeld, zodat de lucht optimaal gedroogd wordt.