Hoofdairconditioning activeren/deactiveren

Open het klimaatscherm op het middendisplay.
Druk op AC.
De airconditioning wordt geactiveerd/gedeactiveerd en de knop gaat branden/dooft.
Bij een actieve airconditioning bepaalt de klimaatregeling op basis van de behoefte automatisch de tijdstippen voor in- en uitschakeling.
N.b.
Sluit alle zijruiten en het panoramadak* voor optimale werking van de airconditioning.
N.b.
Het is niet mogelijk de airconditioning te activeren, wanneer de ventilatorknop in stand Off staat.
Airconditioning derde zitrij* activeren/deactiveren

Open het klimaatscherm op het middendisplay en kies het tabblad Achter klimatisering.
Druk op Klimaat 3e rij.
De airconditioning wordt geactiveerd/gedeactiveerd en de knop gaat branden/dooft.
N.b.
Het is niet mogelijk de airconditioning voor de derde zitrij te activeren, als de hoofdairconditioning uitstaat of als de klimaatregeling voor de tweede zitrij uitgeschakeld is.