Vergrendelingsindicatie

De alarmlichten knipperen bij vergrendeling of ontgrendeling van de auto.

Indicatie exterieur

Vergrendeling
  • Bij vergrendeling knipperen de alarmlichten van de auto eenmaal en daarnaast worden de buitenspiegels ingeklapt1.
Ontgrendelen
  • Bij ontgrendeling knipperen de alarmlichten van de auto tweemaal en daarnaast worden de buitenspiegels uitgeklapt1.

Om aan te geven dat de auto vergrendeld is, moeten alle portieren, de achterklep en de motorkap dichtstaan. Als er wordt vergrendeld terwijl alleen het bestuurdersportier dichtstaat2, vindt er vergrendeling plaats maar de alarmlichten geven pas aan dat er vergrendeling heeft plaatsgevonden nadat alle portieren, de achterklep en de motorkap dichtstaan.

Vergrendelings- en alarmindicatie op het dashboard

P5-1507-Security, Alarm LED indicator
De vergrendelings- en alarmindicatie laat de status van het vergrendelingssysteem zien:
  • Eenmaal lang knipperen betekent dat er wordt vergrendeld.
  • Snel knipperen betekent dat de auto is vergrendeld.
  • Snel knipperen na uitschakeling van het alarm* geeft aan dat het alarm is afgegaan.

Led in vergrendelingsknoppen

Voorportier

P5-1507 Central locking front door
Vergrendelingsknoppen met led in voorportier.

Als de led in de desbetreffende vergrendelingsknop van de voorportieren brandt, betekent dit dat alle portieren zijn vergrendeld. Als er een portier wordt geopend, gaat het lampje in beide portieren uit.

Achterportier*

P5-1507 Central locking rear door
Vergrendelingsknop met controlelampje in achterportier.

Als de led in de desbetreffende vergrendelingsknop van de portieren brandt, betekent dit dat het desbetreffende portier is vergrendeld. Als er een portier wordt ontgrendeld, gaat het bijbehorende lampje uit terwijl de overige lampjes blijven branden.

Overige indicaties

Ook de Follow Me Home-verlichting en de Approach-verlichting worden mogelijk geactiveerd bij vergrendeling en ontgrendeling.

  1. 1 Alleen een auto met elektrisch inklapbare buitenspiegels.
  2. * Optie/accessoire.
  3. 2 Geldt niet voor auto's met passieve vergrendeling/ontgrendeling*.