Parkeerhulpcamera starten
De parkeerhulpcamera is handmatig te starten, als deze uitgeschakeld staat bij het inschakelen van de achteruitversnelling of als deze in een andere situatie moet worden gestart.
Camerastart in verschillende situaties
Bij een druk op de knop hangt het van de rijsnelheid en de rijrichting van de auto af of de camera een bovenaanzicht of vooraanzicht hanteert:
- Bovenaanzicht: Tijdens stilstand en vooruitrijden - 0–15 km/h (0–9 mph).
- Bovenaanzicht: Tijdens stilstand en achteruitrijden - ongeacht snelheid.
- Vooraanzicht: Tijdens vooruitrijden 15–22 km/h (9–14 mph).
Automatische start parkeerhulpcamera activeren/deactiveren
De automatische start van de parkeerhulpcamera bij inschakeling van de achteruitversnelling is te activeren/deactiveren.
Camera automatisch deactiveren
Het vooraanzicht dooft bij 25 km/h (16 mph) om u niet af te leiden. Als gekozen is voor de instelling Automatische achteruitrijcamera activeren, wordt de camera bij een snelheid van 22 km/h (14 mph) binnen 60 seconden opnieuw geactiveerd. Bij een snelheid hoger dan 50 km/h (31 mph) wordt het vooraanzicht niet opnieuw geactiveerd.
De overige aanzichtfuncties van de camera doven bij 15 km/h (9 mph) en worden niet opnieuw geactiveerd.
Basisaanzicht voor parkeerhulpcamera achterzijde
Wanneer Automatische achteruitrijcamera activeren gekozen is kunt u de aanzichtfunctie kiezen die bij inschakeling van de achteruitversnelling moet worden geactiveerd: het achteraanzicht of het bovenaanzicht over 360°*.