De afdalingsremregeling is aangepast voor terreinritten op lage snelheden en is vooral handig bij ritten op steile, aflopende hellingen met een lastige ondergrond. Omdat u het rempedaal niet hoeft te gebruiken, kunt zich volledig richten op de besturing.
Waarschuwing
HDC werkt niet in alle situaties, maar is uitsluitend bedoeld als een aanvullend hulpmiddel.
Als bestuurder bent u er altijd verantwoordelijk voor dat u de auto op een veilige manier bestuurt.
Functie
Met hulp van het remsysteem laat de afdalingsremregeling de auto langzaam voor- en achteruitrijden. De snelheid is tijdelijk met het gaspedaal te verhogen. Bij het loslaten van het gaspedaal wordt de rijsnelheid weer tot stapvoets verlaagd, ongeacht het hellingspercentage en zonder dat u daarvoor het rempedaal hoeft te bedienen. Bij activering van het systeem gaan de remlichten branden.
Met het rempedaal kunt u de auto altijd remmen en langzamer stapvoets rijden of de auto helemaal tot stilstand brengen.
De regeling wordt samen met de lagesnelheidsregeling (LSC2) geactiveerd en biedt ondersteuning bij ritten in het terrein en op een gladde ondergrond en verbetert de rijeigenschappen. De systemen zijn bestemd voor gebruik op lage snelheden, tot zo'n 40 km/h (25 mph).
Aandachtspunten bij ritten met geactiveerde HDC
- Als u tijdens ritten op een steile aflopende helling het systeem uitschakelt, wordt de remwerking langzaam verlaagd.
- HDC is te gebruiken in schakelstand D, R en in de 1e of 2e versnelling bij handmatig schakelen.
- Bij handmatig schakelen is het niet mogelijk om op te schakelen naar de 3e versnelling of hoger.
- HDC remt alleen in de 1e versnelling of in de achteruitversnelling (R). In hogere versnellingen wordt niet actief geremd, ook al wordt de functie pas uitgeschakeld bij een snelheid van zo'n 40 km/h (25 mph).